Vereenvoudigde voorstelling; wordt ook cliché genoemd
[naar boven]
Geschilderde voorstelling op houten paneel of opgespannen doek
[naar boven]
Vluchtige globale tekening met enkele lijnen, vaak als studie voor een groter werk
[naar boven]
Techniek waarbij men met verf door middel van vlekken en vlakken een voorstelling maakt
[naar boven]
Romp van een kerk, middelste gedeelte waar de meeste gelovigen in kunnen plaats nemen.
[naar boven]
(secundus is tweede in het Latijn); het zijn de kleuren die men verkrijgt door de primaire kleuren in gelijke hoeveelheden, twee aan twee, met elkaar te mengen; oranje rood + geel, violet of paars = rood + blauw, groen = geel + blauw
[naar boven]
Beeldhouwwerk
[naar boven]
Schaduw die ontstaat bij tegenlicht, de beschouwer ziet eigenlijk de eigen schaduw; een silhouet is altijd als een donkere egaal gekleurde vorm te zien
[naar boven]
Gelijktijdigheid, gebruikt wanneer kunstenaars verschillende tijden en plaatsen in een werk combineren
[naar boven]
Uitgesneden vlakke vorm om die stukken van het werkstuk mee te bedekken die niet bewerkt hoeven te worden
[naar boven]
Bouwconstructie waarbij een stelen, stenen, houten of betonnen geraamte het gebouw dragen
[naar boven]
De schaduw van een voorwerp op de grond of op een ander voorwerp
[naar boven]
Voetstuk
[naar boven]
Ruimte; het oppervlak van de ruimte tussen letters, woorden en regels; men onderscheidt letterspatie, woordspatie en interlinie
[naar boven]
Gezichtspunt; de plaats van waaruit iets is bekeken en in beeld gebracht
[naar boven]
De mening van de maker zoals die door de vormgeving aan de beschouwer wordt opgedrongen
[naar boven]
Ruimtesuggestie door de dingen los van elkaar en boven elkaar te plaatsen; meestal zijn de vormen frontaal of van opzij gezien
[naar boven]
Niet bewegend; zonder de suggestie van beweging; in tegenstelling tot dynamisch
[naar boven]
Wijze van handelen, uitdrukken, vormgeven, leven die onderscheidend is voor een bepaalde tijd, cultuur, streek, groep of individu
[naar boven]
Vormgeving in vereenvoudigde vormen
[naar boven]
Samenstelling, indeling, opbouw organisatie van afhankelijke kleine delen in een groter geheel
[naar boven]
Op een plat vlak zo schilderen of tekenen dat men de indruk krijgt dat de voorstelling echt aanwezig is
[naar boven]
Alledaagse voorwerpen worden op een niet alledaagse manier met elkaar verbonden; zeer nauwkeurige en gedetailleerde hanteringswijze; veel stofuitdrukking
[naar boven]
Wanneer een beeld in twee helften verdeeld kan worden, zó, dat die twee helften precies of ongeveer elkaars spiegelbeeld zijn
[naar boven]
Wat je ziet, staat eigenlijk voor een ander begrip: het zinnebeeldige
[naar boven]
Figuur of werk, wat zo kan worden opgedeeld dat de twee helften elkaars spiegelbeeld zijn
[naar boven]
Muurverzwaring die een muur in verticale richting verstevigt
[naar boven]
(Het publiek) schokken of van slag afbrengen
[naar boven]
Sterk persoonlijk, vanuit de eigen visie
[naar boven]